Lijpe beschrijft zijn keuzes en geeft de jeugd advies in zijn ‘Dagboek’

Sinds 2015 ging er geen jaar voorbij zonder album van Lijpe. Bombarie gaat er vaak niet aan vooraf. Grote campagnes doet hij niet, veel interview-afspraken staan er niet in zijn agenda, meedoen aan TV- of YouTube-programma’s is niets voor hem. De rapper uit Maarssen leeft vooral in de luwte, en laat eens per jaar zijn muziek voor hem spreken. Zijn nieuwe album Dagboek staat vol overpeinzingen, adviezen en reflecties.

Zo rijdt de succesvolle mc langs het pleintje waar hij vroeger rondhing, om de jeugd te vragen hoe het met hen gaat. Want Lijpe gunt niemand de moeilijke tijd en de donkere dagen vol struggles die hij heeft mee moeten maken. Liever ziet hij dat de volgende generatie goede cijfers haalt op school, en zich niet bezighoudt met ‘treintjes’ (een naderende rij van dure flessen) in de club.

Want de wereld zit vol zulke verleidingen, constateert hij. Maar Lijpe zou Lijpe niet zijn als hij in de rol van mentor kruipt. Hij is een ervaringsdeskundige in een duistere omgeving vol slangen, dus geeft hij een aantal adviezen: als je met meerdere mensen in een kamer zit en je bent de slimste, zit je in de verkeerde kamer. Met andere woorden; zorg ervoor dat je je omringt met kennis, zodat er altijd iets te leren valt.

“Het was deze torie of een kluis legen”, vertelt hij op het luchtige getokkel in de beat van Nog Steeds. Het lijkt een stel simpele woorden, maar het is een ijzersterke les voor zijn achterban; er is altijd een keuze. Maak de goede en volg net als Lijpe je hart en je passie, want dan is de kans groot dat het lukt: “Ik pak enge koppen on stage (…) Ik pak grove cijfers nog steeds, en nu zit mijn moeder toch safe.”

Dat refrein is andermaal het bewijs dat hij niet langer gezien kan worden als artiest die enkel bars gooit. Men beweert vaak dat Lijpe’s stijl draait om de coupletten en de raps, maar sinds zijn laatste soloplaten en het album dat hij met collega Ismo dropte is niet alleen de melodie in de beats maar ook in zijn stem toegenomen. Op het sombere pianospel in Niet Genoeg zorgt zijn stem voor het contrast en gaat hij de hoogte in: “Ik heb parra moeten doen, ik heb alles overwonnen, maar het is nog niet genoeg.”

Regelmatig hoor je ook zijn Marokkaanse roots terug. Niet alleen in de puike productie (door veelal onbekende namen), maar ook in de zang. Arabische snaarinstrumenten gaan dan gepaard met zanglijnen en soepele ad-libs. Uitsmijter Paranoia is daar het perfecte voorbeeld van.

Lijpe kijkt terug op zijn bewogen jeugd, maar leest uit zijn Dagboek ook hedendaagse passages voor. In plaats van ‘de blauw’ zit nu de belastingdienst achter hem aan, moet hij oppassen dat hij niet teveel bonnen mee moet nemen naar zijn accountant en zoals de tracklist zonder featurings doet vermoeden houdt hij zich niet bezig met wat andere rappers doen of maken. De keuze om het te doen zonder vocale gastartiesten blijkt een gouden greep. Dagboek is persoonlijk, hard en compact, maar Lijpe’s verhaal is vooral te boeiend om anderen het te laten onderbreken. Daar laat je niet iemand anders in schrijven.

Geplaatst door bowie op 16 juni 2020