Sticks is een soort wandelend enigma. In de meeste interviews is hij een verteller vol verrassende inzichten, zelfreflectie en humor, maar altijd vrij gereserveerd. Matthijs van Camerijk had de eer om hem meer dan twee jaar te volgen op sleutelmomenten: terwijl hij met jonge artiesten als S10 en Davey Donovan werkte aan het album STICKmatic, maar ook tijdens de opening van zijn expositie Onrust. Sticks: Het Mooiste Komt Nu laat naast Sticks ook een stukje Junte Uiterwijk zien. De kunstenaar blijft eeuwig zijn honger willen stillen door te maken, de man erachter worstelt ondertussen met pijn en angst. De première is zondag 16 januari om 11:55 (vandaag!) op het YouTube-kanaal van 101 Barz.
Aan de hand van de onuitputtelijke creatiedrang – vier projecten binnen twee jaar – volgden Matthijs en zijn team de Zwollenaar naar de laatste show met Rico en naar de opnamesessies van ONDER WATER, zijn expositie in samenwerking met Typhoon en Kubus. Daartussen sprak hij met onder meer Kees de Koning, Typhoon en Hef over Sticks. De artiest zelf praat de hoofdstukken vanuit een persoonlijk perspectief aan elkaar. Van Camerijk is terecht trots: “Ik wilde echt een film maken die een verlengstuk zou worden van wat hij maakt als muzikant. Het moest geen film worden over hiphop of over oude koeien. Dat is in mijn ogen goed gelukt.”
Was het voor jou ook een verrassing was dat het niet één maar vier muziekprojecten werden die je kon verslaan op beeld?
“We hadden een paar meetings gehad, zoals Sticks ook vertelt in de film, over een pilot voor hem en Typhoon en dat liep uiteindelijk spaak. Ik merkte toen al dat hij in een fase zat waarin hij klaar was om veel nieuwe dingen te doen. Ik vroeg of het een goede periode was om hem te gaan volgen en hij zei letterlijk: ‘Er komt wel wat aan.’ Dan geloof ik dat hij wel dingen in de maak heeft die de film extra interessant kunnen maken. Onrust was al een heel tof project, waarmee hij een nieuwe stap zette in zijn carrière. Dat toonde voor mij aan waarom hij hier al twintig jaar is en nog steeds relevant en vernieuwend blijft. Toen kwam corona en begon hij letterlijk voor mijn neus aan STICKmatic te werken.
Toch had hij ook mij bij de luistersessie daarvan op het verkeerde been, want toen zette hij plots Het Mooiste Komt Nu op. Hij had iedereen gefooled, dat was zo leip. Op de introtrack van dat nieuwe album rapt hij ook “Rapstijl documentair, gooi alles in de open air, onderuitgezakt in m’n Togo chair.” En op STICKmatic zegt hij ook dat hij te druk bezig is met zijn film en een boek. Dat waren directe verwijzingen naar wat we samen aan het creëren waren; deze film. Daarmee heeft hij mij zeker verrast.”
Matthijs en Sticks samen op pad tijdens de opnames. Tekst gaat door onder de foto.
Er is heel weinig te vinden waarin je de man achter de maker Sticks krijgt te zien. Nu heb ik het gevoel dat de kijker daar toch een glimp van kan opvangen.
“Het is heel cool dat je dat zegt. Ik miste dat stukje ook echt, als liefhebber van zijn muziek. Als je zijn loopbaan analyseert is er inderdaad bizar weinig over hem te vinden. Toen ik deze film ging maken, wilde ik per sé dat stukje naar voren brengen. Hem bezig zien in de studio tijdens het creatieve proces, hoe denkt hij en hoe beweegt hij zich als muzikant voort, maar ook: wat drijft hem? Dat is er wel allemaal in naar voren gekomen, daar ben ik blij om.”
“Uitvinden wat erachter zit, maakte het voor mij ook leuker om de muziek te luisteren.”
Jij bent begonnen als schrijvend journalist en maakte verhalen voor State Magazine en Noisey. Wanneer besloot je geschreven content in te ruilen voor bewegend beeld?
“Ik ben begonnen bij State Magazine. Langzaam ben ik begonnen om ook scripts te schrijven voor TV-formats. Vanuit daar ben ik programma’s beginnen te ontwikkelen en ook formats uitwerken. Zodoende ben ik bij Noisey terechtgekomen; zij wilden méér met video doen. Toen ik terugging naar BNNVARA ben ik Merol gaan volgen, al vóórdat ze bekend werd met Hou Je Bek En Bef Me. Dat was wel écht mijn droom altijd, om muziekdocumentaires te maken. Dat kwam doordat mijn pa me ooit de film van Bram van Splunteren gaf over Red Hot Chili Peppers. Uitvinden wat erachter zit, maakte het voor mij ook leuker om de muziek te luisteren.”
En dan ben je ineens tweeënhalf jaar met Sticks op pad.
“Ja. Het idee zat al wel langer in mijn hoofd. Tijdens de Ziggo Dome-show van Rico, Sticks & Typhoon vroeg een vriend van me of ik niet eens een keer een bio over Sticks moest gaan schrijven. “Dat zou vet zijn, maar dat ga ik niet doen”, antwoordde ik toen. Ik heb nog nooit een boek geschreven. Maar ik zou het wel lezen. Alsnog bleef dat idee wel jaren in mijn hoofd hangen. Toen ik die Merol-film hadden binnengekopt en ik tóch al contact met Sticks had, was het het ultieme moment om voor te stellen om bij te dragen aan een verlengstuk van hem als muzikant.”
Hij vond het zelf aanvankelijk wel moeilijk om het traject in te gaan, vertelt hij zelf aan het begin van de film. Heb jij daar verder nog iets van gemerkt?
“Onze eerste draaidag was tijdens de opening van Onrust. Dat vond hij heel spannend, want hij is niet zo van het delen van zijn privacy. Het is eigenlijk niet iets wat hij normaal zou doen. Maar, zo vertelde hij, als je nieuwe dingen doet krijg je andere resultaten. Hij dacht letterlijk: “Laat me dan maar dingen doen waar ik me niet comfortabel bij voel.” Tegenwoordig wordt verwacht dat je alles deelt; je gezin, je huis, wat je eet, et cetera. Hij wil daar niet aan meedoen. Dat was ook niet de insteek van dit document. Ik wilde de waardevolle dingen laten zien en voor mij was dat dit. Gelukkig voor hem ook.”
“Het was een gentlemen’s agreement. We zijn dit samen aangegaan en het is maar hopen dat ‘ie de film aan het eind mooi vindt.”
Nam het feit dat je niet diep in de privésfeer kon duiken nog extra uitdagingen met zich mee?
“Ja, maar ik heb vaker gedacht: ‘Misschien twijfelt ‘ie.’ Het had zomaar kunnen zijn dat ‘ie last minute de stekker eruit trok. In die zin was het een gentlemen’s agreement; we zijn dit samen aangegaan en het is maar hopen dat ‘ie de film aan het eind mooi vindt. Dat is het allerbelangrijkste. We hebben hem een weekje geleden samen gekeken; hij, de editor en ik. Dat was voor het eerst dat ik dacht: nu is het erop of eronder. Hij was erdoor geraakt, dus dat was een mooi compliment.”
Heb jij hem die ongemakkelijkheid waarnaar hij altijd zoekt, en ook aan het begin van de film aanstipt, zien vinden?
“In in het specifieke stukje dat jij aanhaalt, is de volledige zin eigenlijk “Ik zoek die ongemakkelijkheid van zo’n museum”, dus sowieso heeft hij het dáár (in Museum De Fundatie, red.) gevonden. Ik vul het nu voor hem in, maar ik denk dat hij het ook heeft gevonden in de film zelf. Het is een goede vraag van je, die ik mezelf ook al een paar keer heb gesteld. Je vraagt je als kijker ook af of hij die thrill, die verder gaat dan albums maken, gevonden heeft. STICKmatic vond hij bijvoorbeeld nog steeds vrij veilig, maar daarmee doet hij zichzelf tekort.”
“Op Het Mooiste Komt Nu is Sticks heel dicht bij zijn kern gekomen.”
Omdat hij daarop voor het eerst met meerdere producers werkt aan één soloalbum, bedoel je?
“Onder andere. Een vast anker, als in een Delic, A.R.T. of Kubus, is daar weggevallen. Hij werkte met jonge artiesten, op voor hem nieuwe soorten beats. Maar op Het Mooiste Komt Nu is wat hij voelt nóg meer out there. Je hoort daarop meer dat hij een moeilijke tijd heeft gehad. Hij verpakt het alsnog in een groter geheel, maar op Het Mooiste Komt Nu is hij heel dicht bij zijn kern gekomen. Wat ook weer ongemakkelijk is voor iemand die niet op een directe manier zijn privéleven wil delen.”
Matthijs en Sticks samen bij de opening van Onrust in 2019. Tekst gaat door onder de foto.
Jij bent naast documentairemaker en journalist ook schrijver en muzikant. Kom je daardoor dieper in de materie?
“Ik denk het wel. Ik ken de processen van het schrijven, ik weet hoe het is om in de studio te zijn. Daardoor voelde ik me nooit de documentairemaker en was het ook nooit raar. Ik wist gewoon; dit gaan we vandaag schieten op die plek en dat wordt chill. Het is niet dat ik me voyeur voelde in een wereld die ik niet ken. Ik kende de ook meeste anderen die ik ervoor heb geïnterviewd al; met Glenn (Typhoon, red.) heb ik bijvoorbeeld in het verleden wat dingen gemaakt en Rico had ik ook al eens geïnterviewd.”
Over Rico gesproken; die zegt in de film dat Sticks een muur heeft opgebouwd waarvan hij besefte dat ‘ie best een stukje afgebroken zou mogen worden. Hoe heb jij dat ervaren in de tweeënhalf jaar dat jij hem hebt gevolgd?
“Junte is heel warm, relaxed en toegankelijk – dat heb ik zelf ervaren. Na de gebeurtenissen met zijn dochters, waarover Ty onder meer spreekt in de film, bouwde hij in het persoonlijk contact dus wel een nieuw stukje muur op. We hebben, in een later stadium van het filmen, ook over deze gebeurtenissen gesproken. Hij is voor zichzelf, wat dat betreft, nu kennelijk op een punt dat hij daar in gesprek openheid over kan en wil geven. Maar ik denk dat die muur in de loop der tijd over het algemeen inderdaad minder is geworden, ik heb ons contact namelijk als open ervaren.”
Vind jij het net zo gek als ik dat er überhaupt nog geen documentaire over Sticks is verschenen?
“Ja. Na een professionele carrière van twintig jaar is er nog geen biografisch document over hem. Toen ik hem vroeg waarom er nog geen boek was zei hij letterlijk: “Wie zou dat willen lezen, dan?” En: “Hoezo zou jij dit dan willen doen?” Ik vond dat hij dat onderschatte, en was ervan overtuigd dat er genoeg mensen na twintig jaar dat zouden willen lezen of bekijken. Uiteindelijk ging hij erin mee en zei hij: “Als jij een film wilt maken, dan gaan we dat gewoon doen.” De sfeer tussen ons was tijdens eerdere ontmoetingen heel relaxed. Ik had het ook nooit aan hem gevraagd als ik niet het gevoel had dat we een goede klik hebben.”
“Ik wilde Sticks eer aandoen, maar ook de inspiratie die ik uit hem haal.”
En nu is het tweeënhalf jaar later en heb je dat terug moeten knippen naar drie kwartier…
“Dat was een monsterklus! Ik heb als een monnik 68 uur aan materiaal twee keer zitten bekijken en er ook nog aantekeningen bij gemaakt. Ik had driehonderd A4’tjes vol tijdscodes, met wat er bij iedere scène werd gezegd. Maar omdat ik de film in mijn hoofd al had afgespeeld, konden we aan de montagetafel heel snel en smooth werken. Het is supertof, een unieke kans om zo’n belangrijke kunstenaar vast te leggen. Ik wilde hem eer aandoen, maar ook de inspiratie die ik uit hem haal. Het lijkt niet op te houden bij hem. Dat continue maken, het lijkt oneindig. Ik hoop dat men daaruit dezelfde inspiratie haalt als ik. Aan de hand van die productiviteit kon ik perfect laten zien waarom hij al zó lang zó goed is. Wat dat betreft waren die vier projecten (er was ook nog ONDER WATER met Typhoon, opnieuw in Museum De Fundatie, red.) cadeautjes voor mij.”
Op zondag 16 januari verschijnt bij BNNVARA de documentaire ‘Het Mooiste Komt Nu’ over de Zwolse rapper en schrijver Sticks. De film duurt 45 minuten en zal te zien zijn op het YouTube-kanaal van 101Barz. We sluiten ‘m hieronder in voor je: