Het is vroeg op de woensdagmiddag als ik door een seinstoring aan het spoor een half uur later dan gepland aankom bij Hedon – het poppodium van Zwolle. Job Hulsman wacht me daar op om te praten over ‘Mijn eigen wereld’, het boek dat hij schreef over Rico, die ook de kleedkamer komt binnenwandelen. “Als ik met mijn verhaal ook maar één zaadje kan planten bij iemand die strugglet met een verslaving, is dat al winst.”
“Uiteraard, van voor tot achter!”, antwoord Rico bevestigend op de vraag of hij ‘Mijn eigen wereld’ al eens gelezen heeft. “Ook om te controleren of ik niet een persoonlijke grens ben overgegaan wat betreft wát ik wil vertellen. Maar vooral omdat ik het wílde lezen. Het raakte me, want het is pijnlijk voelbaar wat mijn verslaving met mij, maar vooral met mijn dierbaren, heeft gedaan. Dat is heavy.”
De afgelopen acht jaar kwam de Zwolse muzikant in diverse media openlijk uit voor zijn verslaving – maar nooit kwam iemand zó dichtbij als Hulsman. Die luistert aandachtig terwijl Rico zijn verhaal doet. Het begon onschuldig, met een jointje op zijn vijftiende, vertelt hij. “Maar het eindigde juist schuldig – met harddrugs, problemen en bezoeken van klinieken. Alhoewel, eindigen zal het nooit doen. Ik blijf verslaafd, mijn hele leven lang. Dat heb ik geaccepteerd, na jarenlang gedacht te hebben ermee te kunnen stoppen en dat het dan klaar is. Maar er is geen eindpunt. Zelfs iemand die tien jaar lang in herstel zit kan een terugval hebben.”
Hij rakelt een verhaal op van een bekende die twintig jaar in herstel leefde – “hij wilde met één drankje zijn pensioen vieren maar beleefde een heftige terugval” – en spiegelt dat aan zijn eigen wens; “Ik ben me er heel bewust van dat dit mijn hele leven blijft, en daarom wil ik in herstel blijven. Dus niet alléén clean, maar ook echt werken aan verandering in mijn gedrag en eigenlijk in mijn hele zijn.”
“De grootste verandering die ik bij mezelf constateer tot nu toe? Dat ik open en eerlijk ben. Dat ben ik in het boek, maar ook tegen mijn omgeving. Als ik dat niet doe, ga ik dingen voor mezelf houden, wat weer kan leiden tot stiekem gedrag, wat dan weer kan leiden tot gebruik. Als ik in gebruik zit, kantelen mijn gemoedstoestand en gedrag. Dan word ik een sneaky motherfucker. Dat is heel naar. Het geniepige, stiekeme gedrag dat erbij komt kijken, dat vind ik het ergste.”
Aanvankelijk twijfelde Rico om het proces in te gaan met Hulsman, die hem had benaderd met het idee een integer portret van hem te willen neerzetten. “Ik moet eerst stabiel zijn, daarna mag iedereen weten wie ik ben”, valt letterlijk te lezen in het boek. Toen hij zich liet opnemen in een kliniek besloot hij Hulsman toch uit te nodigen. Die afspraak werd het onverwachts het startpunt voor het verhaal. Rico: “Iets in me zei dat dit is wat het is. Dit is wie ik ben. Maar dat maakt het ook spannend. Ik heb een paar keer de handdoek in de ring willen gooien, het manuscript tot dan toe willen verscheuren. Maar ik ben blij dat we het hebben doorgezet.”
“Nu is het er, en dat vind ik belangrijk”, gaat hij verder. “Het verhaal geeft een duidelijk beeld wat een verslaving met je kán doen. Ik weet dat er heel veel mensen zijn die met iets soortgelijks kampen. Eenzaamheid, reddeloosheid, ik heb het allemaal doorstaan. Nu ben ik in de positie om mijn verhaal te vertellen en daarmee anderen te helpen. Als ik wat zaadjes kan planten bij mensen die kampen met verslaving of mensen kennen die ermee kampen…” Hij denkt even na en vervolgt:. “… dan maken we al dikke winst. Iemand kunnen prikkelen met het idee dat hulp zoeken misschien niet eens een slecht idee is, is me veel waard.”
“Ik heb het nog aan niemand verteld, maar ik word hopelijk binnenkort opgenomen”, had Rico naar Job gemaild aan het begin van het proces. Achteraf noemt de schrijver het een “superbeslissend mailtje, want hij nodigde me uit om naar de kliniek te komen. Afzonderlijk van elkaar hadden we bedacht dat die afspraak een ideaal startpunt zou zijn.” Rico haakt in: “Ik was in een safe space, en dacht ‘kom maar’. Vanaf daar kon het alleen maar beter worden.”
Het werd echter geen lineair stijgende lijn die hij inzette, het werd er eentje met hoge pieken en diepe dalen. In de twee jaar dat Hulsman hem volgde biechtte hij meermaals op gebruikt te hebben en bezocht hij zelfs een kliniek in Zuid-Afrika. Hulsman: “Ik wilde Rico portretteren. Dat het een boek zou worden dat grotendeels over verslaving gaat, had ik nooit kunnen verzinnen. Ik wist niet beter dat Rico vanaf 2017 openlijk heeft verteld over zijn verslaving en dat het een stuk beter met hem ging. Dat ik in deze twee jaar zou belanden had ik nooit kunnen bevroeden. Ik was benieuwd wie hij is, en wilde dat optekenen.”
“Het enige goede dat ik kan doen, is in herstel zijn.”
Rico is verheugd het verhaal naar buiten te kunnen brengen praat beheerst over wat het met hem en zijn gezin heeft gedaan. “Ik ben erg dankbaar en blij dat mijn vrouw Nienke erin staat. Er is veel twijfel geweest van haar kant – ook aan de relatie. Zij wist nooit of ik gebruikt had of niet. Ik heb het vaak ontkend, terwijl ik dondersgoed wist dat ik had gebruikt. Ik heb haar hele brein en haar zijn vernaggeld. Alle keren dat ze het vroeg, was het aan de hand. Dat is heel traumatisch voor haar geweest. Ik heb een line geschreven waarin ik zeg ‘Addicition is een familieziekte.’ Haar leven draait om mijn verslaving. Het enige goede dat ik kan doen, is in herstel zijn.”
“Het is wel tricky geweest”, haakt Hulsman in, “een eerlijk boek proberen te schrijven over iemand die in gebruik zelf zijn eigen leugens gelooft. De eerste keer dat hij me vertelde gebruikt te hebben, gingen er drie dingen door mijn hoofd. Allereerst: dank je wel dat je dit zegt, want anders zouden we wellicht nog anderhalf jaar werken aan iets dat achteraf niet écht zou zijn. Twee: wat shit voor jou en je familie. Drie: dit wordt een héél ander boek dan ik dacht te gaan schrijven.”
Ondanks de zware thematiek, koos hij voor een behapbaar document. Qua schrijfstijl maar ook qua opbouw. De hoofdstukken waarin hij Rico anno nu volgt – naar optredens, de kliniek of bij een afspraak op een bankje aan de IJssel – worden afgewisseld met verhalen van vroeger. Zo wordt de plek waar hij opgroeide tot in detail beschreven, wat de opkomst van Opgezwolle met hem heeft gedaan als persoon, en zijn band met bijvoorbeeld Typhoon, Sticks en Pauluz uitgediept. “Het zijn bewust korte hoofdstukken geworden, zodat de zwaarte nooit te lang duurt. De door Rico zelf handgeschreven lyrics, waarmee ieder hoofdstuk begint, linken zijn verhaal bovendien aan zijn muziek. Zo blijft het verhaal ook voor de fans herkenbaar.”
Hulsman observeerde, luisterde, toonde begrip en stelde soms zeer moeilijke vragen in het proces. Het verhaal dat hij optekende, wekt emotie op. “Een conclusie trek ik bewust niet, dat laat ik aan de lezer.” Rico: “Ik heb in mijn muziek veel gedeeld, maar was nog nooit zo eerlijk als nu. Ik zou liegen als ik zeg dat ik het niet spannend vindt hoe de reacties erop gaan zijn. Als er uitkomt dat een BN’er gebruikt, wordt het vaak méér dan een onderdeel van die persoon. De verslaving loskoppelen van diegene wordt dan heel moeilijk. Ik denk dat dat bij mij ook zal gaan gebeuren, maar hoop dat mensen het los van elkaar kunnen zien. Dat ze mij niet zullen zien als mijn verslaving. Ik bén namelijk niet mijn verslaving. Ik ben Rico, en ik heb een probleem met middelen. Hopelijk wordt dat begrepen.”
Dankbare naaktslak
Het is een boek geworden waarin de MC zich niet kon verschuilen achter zijn kenmerkende rapstijl. In zijn muziek kan Rico nog weleens met hele spitsvondige woordelijke verpakkingen komen, dat valt hier letterlijk niet te doen. In ‘Mijn eigen wereld’ is hij daadwerkelijk de naaktslak die hij meer dan een decennium geleden al schetste. “Ik heb al die jaren rondgelopen met geheimen. Dit proces is heel bevrijdend geweest, en daar ben ik Job, maar ook iedereen die eraan heeft meegewerkt, zeer dankbaar voor. Het is geen verhaal geworden met een typisch happy end. ‘En ze leven nog lang en gelukkig’, dat had ik graag gewild. Maar dit is wie ik ben, en daar heb nu vrede mee.”
‘Mijn eigen wereld – Het gefreakte leven van Phreako Rico’ verschijnt via Ambo|Anthos uitgevers en is vanaf nu verkrijgbaar in de boekhandel of via deze link.