Pusha T – My Name Is My Name

Met zijn autoriteit laten gelden heeft Pusha in elk geval geen enkele moeite. Op het openingsnummer van de plaat roept hij zichzelf over een spaarzame beat met hard klappende drums uit tot King Push. Dat hij zich niet geroepen voelt daar zanglijnen aan bij te dragen, wordt met klem benadrukt in het refrein waar de coupletten naadloos in uitlopen. But I’m king Push / I rap nigga, ‘bout trap niggas / I don’t sing hooks rapt hij op een snerende toon die je met niet al te veel verbeeldingskracht als uithaal naar rivaal Drake kan zien. Dat belooft veel goeds. Op het sublieme Numbers On The Board wordt die toon voortgezet; het is onverbloemd pochen en creatief refereren aan crackhandel, vol overtuigingskracht en zelfvertrouwen op uiterst minimalistische beats met harde drums. Tony Montana gekruist met een jonge LL Cool J. Zelfs een feature van Chris Brown kan de pret niet drukken als de ijzingwekkende sfeer op Sweet Serenade behouden blijft. Dat die serenade geen romantische uitspatting betreft, mag duidelijk zijn: This the life that we made / Gunshots in the dark like a sweet serenade. Hier wordt succes gevierd en getoast op het goede leven, maar wel op een manier waarbij er constant over de schouder gekeken moet worden. Op Suicide, met een bijdrage van Re-Up Gang groepslid Ab-Liva, klinkt het zelfs alsof de hoogtijdagen van die groep waar Pusha ook deel van uitmaakte nog lang niet voorbij zijn. Het nummer had niet misstaan op een van de populaire We Got It 4 Cheap mixtapes.

Het is dat gevoel van paranoia dat Pusha T doet uitstijgen boven vrijwel alle andere rappers die zich van eenzelfde onderwerpkeuze bedienen. Hij verwerkt de spanning en successen van de drugshandel net zo zeer in zijn muziek als het gevoel dat alles in een enkel moment op gruwelijke wijze in kan storten. Vele rappers hebben Al Pacino’s vertolking van de hoofdrol in Scarface als rolmodel gepresenteerd, maar schijnen daarbij het einde, waarin hij op jonge leeftijd omgelegd wordt en zijn imperium in één enkele avond instort, vergeten te zijn; enkel de glorieuze kant wordt belicht. Het karakter dat Pusha T in zijn muziek portretteert, is er evenzeer een die geniet van zijn status, maar daarbij wel continu in zijn achterhoofd heeft dat de fundamenten ervan op los zand, bloedgeld en ellende gebouwd zijn. Zelfs wanneer hij zijn successen behandelt, heeft alles een donkere ondertoon en spanning in zich die vaak ontbreekt bij rappers van een minder kaliber, of bij die met minder ervaring met de rand van de samenleving. Pusha T klinkt als iemand voor wie de handel niet zozeer een keus was, maar een wereld die hem al van jongs af aan omringd heeft en waaraan het moeilijk ontsnappen was. De ironie wil dat hij er wel aan ontsnapt is, juist door datgene wat hij gebruikt om die verhalen te vertellen: rap. De eerdergenoemde spanning verdwijnt echter naar de achtergrond op 40 Acres en ontbreekt volledig op No Regrets, waar Pusha duidelijk maakt dat de wereld waarover hij rapt niet langer de zijne is: Nowadays I sell hope / what, you’d rather I sell dope?

Helaas wordt de spanning in de direct volgende nummers ook niet meer opgepikt. Let Me Love You klinkt als een dertien in een dozijn liefdesliedje zoals ieder major label rapalbum vroeger hebben moest, een strategie waarvan je hoopte dat die inmiddels begraven kon worden. Ook Who I Am, met gastbijdrages van 2 Chainz en Big Sean, lijkt louter in de tracklist opgenomen omdat dat twee momenteel populaire en dus verkopende rappers zijn. Hun creatieve bijdrage is minimaal en met name labelgenoot Big Sean, normaal gesproken al een niet opzienbarende, maar desalniettemin capabele rapper, lijkt volledig op de automatische piloot te vliegen. Dat de beat zich op niet al te originele wijze bedient van de inmiddels tot in den treure gebruikte sample van ESG’s UFO helpt ook niet, zeker niet aangezien we het Alchemist onlangs nog beter hebben horen doen op zijn plaat met Prodigy.

Gelukkig is de volgende gastbijdrage er wel een van de bovenste plank. Op Nosetalgia kijken Pusha en Kendrick Lamar terug op hun jeugd tussen de dealers en blijken daarbij te beschikken over een uitstekende chemie. Pusha T’s straatraps zijn verre van uniek, maar de emotionele eerlijkheid die hij erin legt, is dat wel. This is timeless / simply ‘cause it’s honest. Het daarop volgende Pain bevat wederom snoeiharde drums en gewetenloze spitsvondigheid met indrukwekkende binnenrijm als I came in this game with a mask and a glove / and a team of lawyers to run a train on a judge. Afsluiter S.N.I.T.C.H. (dat staat voor Sorry nigga, I’m try’na come home) verhaalt over onverwacht afgelegde getuigenissen. Niet bepaald een onderwerp dat nooit eerder in rap aangesneden is, maar over deze productie van The Neptunes wel zeer treffend uitgevoerd. Vooral ook omdat het nummer meer focust op de teleurstelling van een stuklopende vriendschap dan op wraakgevoelens.
Het is een waardige afsluiter van een plaat die sublieme momenten kent, maar als geheel net te kort komt. Hoewel de titel My Name Is My Name erop wijst dat Pusha zijn eigen visie onomwonden naar buiten brengt, is het moeilijk je van het idee te onttrekken dat eventuele bemoeienis van de platenmaatschappij hem niet ten goede is gekomen. Zodra hij in een ander idioom werkt dan de stijl die hem zo kenmerkt, vervalt hij in vlakke, onopvallende nummers. Totdat hij de vrije hand krijgt om een album uit te brengen dat volledig van concessies gespeend is, zullen de vele uitschieters op My Name Is My Name er echter zeker in slagen z’n naam in vele geheugens gegrift te houden.

Tracklist:
01. King Push
02. Numbers On The Board
03. Sweet Serenade (Feat. Chris Brown)
04. Hold On (Feat. Rick Ross)
05. Suicide (Feat. Ab-Liva)
06. 40 Acres (Feat. The-Dream)
07. No Regrets (Feat. Jeezy And Kevin Cossom)
08. Let Me Love You (Feat. Kelly Rowland)
09. Who I Am (Feat. 2 Chainz & Big Sean)
10. Nosetalgia (Feat. Kendrick Lamar)
11. Pain (Feat. Future)
12. S.N.I.T.C.H. (Feat. Pharrell)

Geplaatst door bowie op 14 oktober 2013