Kendrick Lamar – good kid, m.A.A.d. city

Dat K.Dot definitief de mainstream binnenstapt met dit album staat als een paal boven water, maar dat het album niet aan de conventies daarvan voldoet wordt vanaf de intro al duidelijk; met een moffelig klinkende opname van een groep biddende kerels open je tenslotte geen club-banger. Wat volgt is een track waarin Kendrick vanuit het oogpunt van zijn eigen jeugd vertelt hoe hij Sherane probeert te versieren, een meisje dat in de songtitel al omschreven wordt als gewiekste ‘hood-rat’ (Master Splinter’s Daughter). Het verhaal kent dan ook geen gelukkige afloop: op het moment dat Kendrick het busje van zijn moeder uitstapt waarin hij naar zijn nieuwe vlam rijdt, wordt hij opgewacht door twee onbekenden met zwarte hoodies. Het nummer wordt afgekapt en nog voor we een tweede track horen, zitten we al in de volgende skit van het album: een voicemail van zijn moeder die zich afvraagt waar haar auto blijft en zijn vader die op de achtergrond zijn domino-stenen terug wil. De sfeer van Boyz ‘n The Hood en Menace II Society is duidelijk gezet, maar de toon is een stuk terughoudender van aard dan die films waren. Een beetje alsof Wes Anderson opeens een ‘hood movie’ geregisseerd heeft.

De nummers volgen een zeer persoonlijk verhaal; een dag uit het leven van een jongen in Compton zonder visie op zijn eigen toekomst. Hij maakt onfortuinlijke momenten mee die uiteindelijk tot inzichten leiden die hem als persoon zullen vormen, een ‘bildungsroman’ in rapvorm. De structuur waarin dit is opgezet kent diverse sferen maar voelt continu intiem aan, alsof Kendrick op het moment dat je luistert zijn gedachten op een rijtje zet terwijl hij zijn jeugd overdenkt. Dat het album niet zo losjes tot stand is gekomen en wel degelijk een solide sequencing en trackselectie kent, blijkt uit het feit dat uit de twaalf tracks die het verhaal telt (bonustracks buiten beschouwing gelaten) er niet één is die het narratief niet dient en vooruit helpt. Een heerlijk rauwe track op een Hit-Boy beat als ‘Backseat Freestyle’ lijkt losstaand misschien weinig om het lijf te hebben wanneer het op inhoud aankomt, maar vormt toch een scène in het plot: Kendrick op de achterbank terwijl zijn vrienden rijden, spitten als sport en tijdverdrijf over dingen die gewoon stoer klinken. Dat het doorloopt in ‘The Art Of Peer Pressure’ maakt meteen duidelijk waar die drang om stoer te doen onder jonge gasten pijnlijk mis kan lopen, en zo heeft iedere track zijn functie in het geheel.

Sleutelscènes vormen de twee titeltracks good kid en m.A.A.d. city, waarvan de eerste een ongebruikelijk timide maar prettige Neptunes productie is en de tweede een van de sterkste tracks van het album. Op een stuwende beat rapt Kendrick over de waanzin van zijn thuisstad. Ondanks de virtuoze flow lijkt zijn stem bijna over te slaan van paniek, iets dat alleen maar bijdraagt aan de track. Halverwege de track verandert de beat plots en geeft Compton legende MC Eiht acte de présence om te laten horen hoe een veteraan met die gekte omgaat. Wanneer er in de opzwepende finale ook nog een Ohio Players-sample (Funky Worm natuurlijk) langskomt, is dit niet een clichématige verwijzing naar G-funk klassiekers uit het verleden, maar een onderstreping van iets dat je hoopte of misschien zelfs al vermoedde: dit zou zelf zomaar eens een nieuwe G-funk klassieker kunnen zijn.

Dat betekent niet dat het album feilloos is; de vele skits maken een achteloze luisterbeurt vrijwel onmogelijk en de voicemails, dof klinkende stemmen en rumoerige omgevingsgeluiden vormen na meerdere malen luisteren geen pluspunt. Toch is het verhaal dermate sterk uitgewerkt en boeiend dat het de onderbrekingen in de muziek meer dan compenseert. De tracks klinken uitstekend afgemixt met subtiele effecten en verbuigingen die Kendrick’s ijzersterke raps alleen maar ondersteunen zonder dat de plaat overgeproduceerd klinkt. Alles is sfeervol en zeer persoonlijk van aard en, ondanks het gecompliceerde beeld dat het schetst van zijn afkomst, ook een geslaagde ode aan Compton. De afsluitende track met Dr. Dre, die klinkt als Kendrick Lamar met een wat zwaardere stem en die niet eens meer de schijn van ghostwriter-loos door het leven gaan probeert op te houden, is dan ook zeer toepasselijk. Gelukkig heeft de dokter vertrouwen gehad in zijn jonge stadsgenoot en hem niet in de mal van zijn voorgangers of andere populaire rappers proberen te duwen.

Degenen die vreesden dat met het grote geld achter hem Kendrick Lamar concessies aan zijn geluid zou moeten doen, kunnen opgelucht ademhalen. Hij heeft niet alleen zijn artistieke integriteit behouden en een uitstekende plaat aan zijn discografie toegevoegd, hij heeft bewezen over een visie en eigen stijl te beschikken waar nog lang over gepraat zal worden. De West Coast heeft er een nieuwe grootheid bij.

Tracklist:

  1. Sherane a.k.a Master Splinter’s Daughter (Prod. By Tha Bizness)
  2. Bitch, Don’t Kill My Vibe (Prod. By Sounwave)
  3. Backseat Freestyle (Prod. By Hit-Boy)
  4. The Art of Peer Pressure (Prod. By Tabu)
  5. Money Trees (Ft. Jay Rock) (Prod. By DJ Dahi)
  6. Poetic Justice (Ft. Drake) (Prod. By Scoop DeVille)
  7. good kid [Prod. By Pharrell]
  8. m.A.A.d. city (Ft. MC Eiht) (Prod. By Sounwave & Terrace Martin)
  9. Swimming Pools (Drank) (Extended Version) (Prod. By T-Minus)
  10. Sing About Me (Prod. By Skhye Hutch + Sounwave) / I’m Dying Of Thirst (Prod. By Like of Pac Div)
  11. Real (Ft. Anna Wise) (Prod. By Terrace Martin)
  12. Compton (Ft. Dr. Dre) (Prod. By Just Blaze)

Deluxe Bonus tracks:

  1. The Recipe (Ft. Dr. Dre) (Prod. By Scoop DeVille)
  2. Black Boy Fly (Prod. By Rahki & Dawaun Parker)
  3. Now Or Never (Ft. Mary J. Blige) (Prod. By Jack Splash)
  4. Collect Calls
  5. Swimming Pools (Drank) (Prod. By T-Minus)
Geplaatst door bowie op 29 oktober 2012