De meest verrassende, ondergewaardeerde, hardste en domste platen van 2019

Er gebeurde veel meer in 2019 dan we in een paar categorieën kunnen vangen. Maar we proberen het toch, met een aantal essentiële platen die ook na dit jaar nog lang bij ons in roulatie blijven, en een paar die we nooit meer horen willen.

Meest verrassende album van het jaar: Zwangere Guy – BRUTAAL

Dat Gorik van Oudheusden met zijn solodebuut Wie Is Guy? heel de Benelux verdiende te veroveren zagen wij al ver van tevoren aankomen. Niet voor niks klommen we nog vóór het album uit was in de telefoon om hem te boeken voor POW! WOW! Rotterdam. Papi ZG verdient alle lof die hem toekomt, en een portie extra. Maar dat hij vlak voor het einde van het jaar nóg een album uit zou brengen en dat dat nóg beter zou zijn? Dat durfden we niet te vermoeden. BRUTAAL heeft meer samenhang qua sound en is thematisch net zo sterk als zijn voorganger. “Ik vond het vorige album Wie Is Guy? stiekem nog te commercieel” vertelde hij NRC. “Het klopt dat de muziek nog wat rauwer is, soms klinkt het zelfs kil en smerig.” Die stijl past hem dan ook uitstekend. Er is anno 2019 geen enkele rapper die juist van grijs beton en donkere wolken zo’n lichtend baken kan maken als Guy.

Domste bar van het jaar (en niet op een goede manier): Kanye West

“Closed on Sunday, you’re my Chick-Fil-A”
(Kanye West – ‘Closed on Sunday’)

Kanye houdt net zoveel van degene aan wie dit gericht is als van Jezus Christus en broodjes gefrituurde kip. Zo’n zeldzame debiele bar die alleen maar idioter wordt hoe meer uitleg je eraan probeert te geven. Volgende keer effe bidden om wat wijsheid voor je in de booth duikt, Yeezus.

Meest ondergewaardeerde album van het jaar: Kano – Hoodies All Summer

Ondanks dat de geboorte van grime in piratenstations op Londense daken inmiddels alweer ver achter ons ligt, is het nog steeds een genre van jonge honden. Een ‘elder statesman’ zoals hiphop kent in bijvoorbeeld Scarface, Bun B of Jay-Z was er nog niet voor de Britse evenknie. Tot dit jaar, want op Hoodies All Summer blijkt Kano die mantel uitstekend te passen. De melancholische klank waarmee hij zijn teksten vol maatschappijkritiek doorspekt tilt alles net tot een hoger niveau. De straten die hij beschrijft zijn al te lang te kil. Kano is de man die alles al gezien heeft, maar simpelweg over teveel empathie beschikt om er murw van te worden. Hoodies All Summer klinkt daardoor als hoop op verandering tegen beter weten in. Hoop die nodig is om zelf ook overeind te kunnen blijven. Dat maakt het geen makkelijke, maar wel een erg goede plaat. De plaat waarmee grime volwassen geworden is.

Collabo van het jaar: YBN Cordae en Anderson .Paak – RNP

Een samenwerking tussen rappers met chemie is sowieso al dope, maar als ze vervolgens back ’n forth gaan, begint de pyrex pas echt te koken. Het is wat de Beastie Boys meer dan de som der delen maakte, waarom het refrein van Tribe’s Check The Rhyme zo verdomde aanstekelijk is, en wat Broken Language de status van onverwoestbare klassieker bracht. RNP van YBN Cordae en Anderson .Paak bewijst dat die kunst anno 2019 nog steeds springlevend is. De lol spat van elke zin die deze twee spitters met elkaar afwisselen, met bars die bol van binnenrijm staan, en klinken alsof Fred Astaire en Gene Kelly de Electric Slide dansen op een portie vintage funk. De enige klacht hier is dat deze track gerust drie keer zo lang had mogen zijn, maar ja, that sounds like rich n**** problems.

Nederlandstalig album van het jaar: Fat Windjacks – CULT

Van Fat Windjacks kregen we het mooiste cadeau dat een hiphopmagazine zich wensen kan, toen zij besloten een track te wijden aan ons 20-jarig jubileum. Maar ook zonder die (zeer welkome) vleierij, hadden we niet lang hoeven twijfelen over deze categorie. De in hun zuidelijke tongval subliem soepel flowende Nosa, James en Tenshun hebben een geweldige chemie, vinden de pocket van elke beat feilloos, en rappen continu met hoorbaar plezier. Het gebeurt allemaal op beats van Soulution, die zich succesvol tot het lage-landen-equivalent van Alchemist en Roc Marciano ontpopt. Soms met drums, soms zonder, maar altijd volledig wars van pretenties, modegrillen of commerciële verwachtingspatronen. Dat schijnbaar eenvoudige recept maakt het geheel tot een masterclass rappen zoals we die weinig horen.

Grooste miskleun van het jaar: Griselda ft. Eminem – Bang (Remix)

Nog eens drie rappers met uitstekende chemie, maar ditmaal uit Buffalo, New York. Een gure track vol spitten met snoeiharde bars, dat kun je aan de mannen van Griselda overlaten. Ze doen het een album lang, en ook op de slottrack houden ze dat met klasse vol. Labelbaas Eminem hoefde alleen nog maar 16 bars lang de beat uit te rijden om het geheel compleet te maken. In plaats daarvan wordt er speciaal voor Slim een totaal overbodige beat switch gedaan, om het tempo aan te laten sluiten op zijn anderhalve minuut aan verbale diarree over onder meer Pink (!), Canibus (!!) en Ja Rule (!!!). Alsof iemand de bal voor het intikken heeft, er zo vol naast trapt dat hij met een salto op zijn achterhoofd in een koeienvlaai valt, en dan iedereen ervan probeert te overtuigen dat het de bedoeling was. FOH, Em.

Hardste track van het jaar: Denzel Curry – Ricky

Dat Denzel Curry een uitzonderlijk energieke rapper is, is al lang geen geheim meer. Op Ricky laat hij horen dat zelfs jeugdherinneringen ophalen bij hem klinkt alsof je met een koevoet flessen kapot slaat terwijl je op zo’n speeder bike uit Star Wars zit. Het chopped-&-screwed-bruggetje naar het refrein neemt precies genoeg gas terug om de spanning op te bouwen, waarna elk refrein als een moker inslaat. Je dacht misschien dat je een harde track had, maar dit is “3-6, Wu-Tang, mixed with Dipset!”

Album van het jaar: Little Simz – GREY Area

Simbiatu Abisola Abiola Ajikawo kroonde zichzelf al veel eerder in haar carrière tot koning, maar haar definitieve troonrede ontvingen we aan het begin van dit jaar. Één rapper, één producer (Inflo) en tien tracks, variërend van klassiek staccato grime tot soulvolle UK hiphop, allemaal met een sterke samenhang en een even vlijmscherp als openhartig rappende Little Simz. “Ik wilde dit album echt kickstarten met een knal en zo’n rauwheid, om daarmee meteen de toon te zetten en je aandacht te trekken. ‘Offence’ en ‘Boss’ doen precies dat, en tegen de tijd dat je bij ‘Selfish’ komt, krijg je een andere kant van mij te zien”, vertelde ze ons in februari. “Je leert me meer en meer kennen naarmate de plaat vordert.”

Degene die we leerde kennen is een dame die sindsdien nooit ver weg van onze platenspeler is geweest. “They would never admit that I’m the best here / from the mere fact that I’ve got ovaries”, sneert ze virtuoos over de nerveuze strijkers op het steenkoude Venom. Laat ons dan maar de uitzondering op die regel zijn; Simz is de beste.

Dit is het eerste artikel in een eindejaarsserie waarin we throwbacken als geen ander. Blijf onze site de komende tijd checken voor de rest!

Geplaatst door Jaap van der Doelen op 17 december 2019