Het heeft lang geduurd, volgens zijn eigen berekeningen precies 1855 dagen, voordat we een nieuwe Kendrick Lamar-plaat kregen. Naast zijn bijdrage aan de soundtrack van Black Panther, een korte reeks gastcoupletten voor onder meer neefje Baby Keem en Lil Wayne, bleef hij de laatste jaren stil. Terwijl de wereld op zijn kop werd gezet door de moord op George Floyd, een pandemie en de #MeToo-beweging, was Kendrick bezig met veel belangrijkere zaken. Met stip op één op zijn prioriteitenlijst; zelfontwikkeling.
Dat de man wiens nummer Alright uitgroeide tot strijdlied in de Black Lives Matter-beweging zich niet uitsprak toen de wereld dreigde te kantelen, werd hem niet in dank afgenomen. Zijn scherpe observaties, krachtige beeldspraak en gedetailleerde verhalen hadden zich er prima voor laten lenen. Maar Kendrick wilde de strijd met het onrecht het afgelopen halve decennium niet aan. Hij bleek te worstelen; met de verwachtingen van buitenaf, maar vooral met diepgewortelde conflicten binnen in zichzelf. Op Mr. Morale & The Big Steppers deconstrueert hij vakkundig wat de wereld denkt te weten over hem. Verspreid over twee platen beschrijft hij zijn eigen ervaringen met het omgaan met ontrouw en onmacht in een familie die al generaties lang worstelt met trauma. Door zichzelf te ontmaskeren en zijn problemen te openbaren, zet hij een grote stap richting vergeving en genezing.
Lamar beschrijft de giftelijke mannelijkheid die hem is ingeprent door de harde liefde van zijn vader. Hij blijkt iemand die zijn emoties opkropt, omdat hem is aangeleerd dat mannen nooit hun gevoelens mogen tonen. De harde en vaak ongemakkelijke aspecten van zijn leven die hij onthult, worden soms onderbroken door felle raps gericht tot hen die niet willen dat hij die problemen te boven komt. Kendrick erkent het feit dat hij niet iedereen kan behagen, vooral niet de fans die verwachten dat hij hun leidende redder is. Beroemdheden zoals hij zijn niet de messiassen die de wereld op voetstukken plaatsen. De realiteit is dat veel van hen niet in de positie zijn om te leiden en op zijn minst zichzelf niet gedwongen zouden moeten voelen een stem te zijn. Hij sluit het album dan ook af met een zin die raakt.
“Sorry I didn’t save the world again / I was too busy rebuilding mine my friend / I choose me, I’m sorry.”
En zo worstelt Kung Fu Kenny met nog veel meer. Hij onthult dat twee van zijn naaste familieleden een gendertransitie hebben ondergaan, en hoe zij een belangrijke rol hebben gespeeld in zijn leven. Het grootste deel van het nummer Auntie Diaries besteedt Kendrick echter aan het zichzelf verantwoordelijk stellen voor de initiële homo- en transfobie die aan de orde van de dag was toen hij opgroeide. Daarbij roept hij specifiek de pastoors aan die die desillusie verspreidden in hun gebeden.
Er rust echter al generaties lang een vloek van misbruik op zijn familie. Hij stipt het daaropvolgende trauma al kort aan in titeltrack Mr. Morale, om het volledig te ontleden in de voorlaatste track. Mother I Sober gaat over hoe het seksueel misbruik dat zijn moeder doormaakte toen hij opgroeide hem traumatiseerde. De zware track bloeit open als Beth Gibbons van Portishead het overneemt van hem, en er een strijkersensemble klinkt. Kendrick projecteerde zijn onzekerheden in zijn lustverslaving.
Eerder op het album horen we hem al grof bekvechtend met zijn vrouw – gespeeld door actrice Taylour Paige – die hem op harde toon beschuldigt van vreemdgaan. We Cry Together voelt als een moderne variant op RZA’s Domestic Violence, dat de Wu-Tang schepper als Bobby Digital uitvoerde. Maar zodra Kendrick in die strijd verwikkelt raakt, heeft ‘ie overigens al opgebiecht een obsessie te hebben gehad voor seks met witte vrouwen, wat speelde tot aan zijn Europese good Kid, m.A.A.d. City-tour. Zo valt het er in ieder geval één puzzelstukje op zijn plek, richting het einde van Mr. Morale & The Big Steppers.
Als hij het nummer afsluit, moedigt hij mensen zoals hij aan zich te bevrijden van persoonlijk trauma, en het te zien als een collectieve pijn. Rappers proberen hun problemen vaak te verdoezelen met juwelen en tattoo’s, beweert hij. Maar luister goed naar hun teksten voordat je een oordeel velt, is zijn advies.
Toch zijn de bijdragen van Kodak Black, in een groots opgezet onderzoek naar toxische mannelijkheid, maar moeilijk te verteren gezien zijn verleden. Het vragen om empathie staat haaks op het vrijspreken van een misbruiker die niet lijkt te streven naar berouw. Dat was al niet slim toen Kanye het deed op DONDA, en dat is het ook nu niet. Zeker niet als hij zinnen als “Pull out the stick, hit a bitch with the wood” (brrr!) en “Rich nigga, gettin’ my dick sucked after the show” ten gehore brengt. Dan liever Ghostface Killah, die in Purple Hearts opduikt als prediker van de liefde met een sfeervol couplet.
Wat de productie betreft kan het beste zonder verwachtingen in ‘Morale’ gedoken worden. Want zoals altijd ondermijnt Kendrick die, zeker sonisch gezien. Onder een spoken word-piece zit een nerveus kloppende bas, er klinkt zwoele r&b en onder de vocale strijd met vrouwlief werd een spookachtig meesterwerkje van Alchemist gemonteerd. Steunpilaren die sinds het prille begin van zijn carrière achter hem staan zijn ook hier weer present. Ze zorgen, net als Kendrick zelf, vaak voor een ongemakkelijk gevoel. Sounwave, DJ Dahi en Tae Beast produceren geen bangers die op voorgaande platen altijd hoge ogen gooiden, maar kiezen nu de alternatieve route. Gemakkelijke antwoorden en catchy refreinen krijgen we niet. Wie op zoek is naar een moshpitbangers als HUMBLE. of Alright kan het beste voorgaande albums uit Kendrick’s oeuvre opzetten. N95 komt het dichtst in de buurt.
Er gebeurt heel veel op Mr. Morale & The Big Steppers, zeker op de eerste helft vliegt de productie alle kanten op. Daarbovenop zijn de teksten soms pijnlijk introspectief, wat zorgt voor het meest complexe Kendrick Lamar-album tot nu toe. Het wordt op momenten spuuglelijk, zowel muzikaal als tekstueel. Er is niet meteen een label te plakken op deze plaat. Doorbraakalbum good Kid, m.A.A.d. City werd speels gebruik gemaakt van soulsamples, op To Pimp A Butterfly was het jazz dat de klok sloeg en op DAMN. hoorden we meer hedendaagse en recht-toe-recht-aan hiphopstijlen. De sonische identiteit van Mr. Morale ontbreekt, maar gezien de complexiteit van het album had het die wel kunnen gebruiken. De nadruk ligt vooral op Lamar’s voordracht en inhoud.
En precies dat maakt Mr. Morale een plaat die het best te consumeren is in je eentje. Deze plaat resoneert het best in een situatie waarbij je door je koptelefoon in Kendrick’s wereld- en zelfbeeld wordt gezogen. Het jaargetijde leent zich daar echter amper voor; nu we weer naar buiten mogen, elkaar kunnen ontmoeten en de zon de mens naar buiten lokt. Die afleiding is ongewenst bij een luisterbeurt van de nieuwe Kendrick. Dit is een plaat waar je minimaal een paar keer voor moet gaan zitten. Dat dat zowel een lonende als frustererende luisterervaring oplevert, getuigt van de artistieke onverschrokkenheid van Kendrick Lamar. De belangrijkste artiest van zijn generatie dacht bij het maken van zijn nieuwste geesteskind niet aan de torenhoge verwachtingen van de wereld, maar aan zichzelf.
‘Morale’ is doorspekt met de afwisselend voedende en strijdlustige feedback van zijn partner Whitney Alford, die het album begint met hem aan te sporen “ze de waarheid te vertellen.” In combinatie met de stukjes advies van de Duitse spirituele gids en zelfhulpauteur Eckhart Tolle, is het album een lange therapeutische sessie. De cliënt speelt daarbij de meest open kaart uit zijn carrière en balanceert daarbij ongemakkelijk tussen zelfevaluatie en maatschappijkritiek. Eenmaal uit die sessie, kijk je terug op een rommelige en tot nadenken stemmende reflectie over onder meer verwantwoordelijkheid, spijt, (zelf)bedrog en integriteit. Kendrick Lamar kiest ervoor om alles er zonder filter uit te laten stromen. De lelijke waarheden en imperfecties die hij daarbij blootlegt, brengen hem hopelijk een stap dichterbij de vrede.
Stream: