Column: “..ben wel in de tent maar kampeer nie.”

Maniakaal lachen doe ik evenmin. “Als je een geel DHL-busje ziet, dan zitten daar de Jeugd-cd’s in”, legt hij uit. De dag is goddammit al tien uur bezig en ik heb ’m nog niet. Dan maar eerst naar de zaak. “Hipsters als ik luisteren hem al twee dagen op Spotify”, tweet een hippe vriendin. “Ik ben oldskool, ik wacht op een busje”, tweet ik terug. Toch vind ik mezelf intussen erg mos def in da twizzouse.

En hoe denk je nou dat dat verder ging, nou wat denk je, een paar uur later had ik ’m toch ook. Een ‘rare, irritante, vervelende, onaardige zuigplaat’, lees ik op 3voor12. Ha! Dat klinkt goed. De Volkskrant zegt vijf sterren, zegt-ie. Zal ik het hierbij laten en Gekke Boys op repeat zetten?

Taaltovenaars, woordjongleurs en klankacrobaten: de idiootste neologismen worden gevormd om de talige spitsvondigheid van de vier heren te roemen. Laat ik dan maar wat over de taal op Ja natúúrlijk! zeggen. Daar heb ik tenslotte voor geleerd.

Welnu. De spellingpolitie kan zich in ieder geval al bescheuren om een spelfout. Niet dat je die hoort als je het nummer opzet, maar je ziet ‘m wel op het doosje. Dat is toch weer prettig. Lachen om fouten, vooral digitaal, veilig achter laptopjes, is immers het leukste wat er is. Op een sexuele wijze, zo heet namelijk een van de nummers, is FOUT GESPELD! Want sexueel schrijf je met ks. De OOR vindt dat dat nummer wel van de plaat had gemogen. Vind ik niet. Het is een arrenbie-achtig nummer. Maar wel met een vette, slicke knipoog. Heerlijk grappig hoe de formele taal contrasteert met de glijerige beat. Deze geile meneer probeert te glijen alhier. Dan heb je wel gelijk zin om je kleren uit te trekken ja. Het refrein is een zakelijke woordenboekdefinitie van het woord seksueel (sic! Zien jullie het, spellingcops?): op een sexuele wijze, op een wijze die met seks te maken heeft. Ik hoop trouwens dat er een videoclip bij dit liedje komt. Met Faberyayo in een gouden badjas.

En hoe zit het verder met de grammaticale beheersing van Faberyayo en de zijnen? Welnu, Vjeze et alii onttrekken zich wederom zo veel mogelijk aan het vormen van regelmatige meervouden op -en. Eerder trof Tratlehner (2005) in 't Gaat te Fur al pils in de soks aan, en ook nu vraagt Vjeze zich af: Baby girl, waarom zijn toch de gordijns dicht? Zijn meisje is namelijk boos, en dan is er die mysterieuze koude schouder, en wordt er zwijgend op telefoons gestaard, want een dergelijke manier van ruziemaken, daar houden de vrouwtjes wel van. Is dat omdat hij vergeten is de rekenings te betalen? Het kan ook met de vuilniszakken op de grond te maken hebben. Vuilniszaks was consequenter geweest, maar wat zeuren we. De vrouwtjes zijn bitches, maar ook wijfies, en dan ben je woest van de goesting met een wijfie in het vizier, maar de slettinnen worden nu ook slets genoemd.

Willie Wartaal doet het intussen liever met je moeder: laatst met je moeder in een cabrio, we waren topless. Willie verklapt dat hij expres veel over moeders wiepen heeft gerapt, en dat hij hoopt dat veel mensen daar aanstoot aan zullen nemen. Maar soms hebben ze ook wel weer zooo’n hartje: in Gekke Boys duiken ze op op een onverwachte plaats: Je kan me vinden in de bloemist met een bosje dat voor je moer is.

Faberyayo heeft dan weer een voorkeur voor gekke verkleinwoordjes. Dat vind ik meer iets voor vrouwen, die hebben het altijd over collegaatjes en boterhammetjes en sigaretjes. Faberyayo had vroeger al zijn mokkaprinsesje op zijn bankje, maar nu ook een glitterdrankje in het handje, en daarbij ook een jasje, een dasje en een pinnepasje: 
Buitenlandje, binnenlandje.
 Pimp een dansje
. In het Fransje: 
Oui, oui. 
In het Fransje. En in Prinsjesdag wordt gezegd op derde dinsjesdag.

Talen worden ook weer lekker gemengd: want Let’s verlaat deze tent, let’s go to m’n huis en Goeienavond koude schouder, zeg me what it does, rijmt met een beetje fantasie op de klos, want dat ben je als je zo behandeld wordt. Tegenstellingen en verhaspelde uitdrukkingen zijn er ook, want De Jeugd is het suiker in je zoutvaatje, maar ook de prins op het zwarte schaap. Dromen van Karton is een soort Huilend naar de club: daar waren wederom single de hort op moeten en peinzen over verval in het algemeen ook de insteek. Maar toch is dit nummer minder een goddamn Griekse tragedie in this bitch, omdat er een langdurig, gezellig muzikaal outro is en omdat het soms ook ineens over spritsen eten en Ducktales gaat.

En de metaforen zijn ook weer raak: Willie fockt je weekend op als de maandag en Faberyayo shined als een godvergeten edele steen, en is wel in de tent, maar hij kampeert niet. En intussen die wijven maar killer dan John Woo doen. En die dramaqueen zorgt wel voor een genante voorstelling alsof ze op de Parade was. En de jongens intussen maar emotionele tassen sjouwen.

Gekke Boys is het nummer van de plaat dat het minst ergens op slaat. Eerst een veel te lang intro, dan wat onverstaanbare raps, met af en toe belangwekkende tekstflarden als Ik hou m’n aura strikt zwartgallig. En het gaat ook over gouden tijden van komkommer. De muzikale omlijsting kan het best als ‘teringherrie’ getypeerd worden. Maar toch is het een soort hypnotisch nummer, waar je ingezogen wordt; ik heb het de hele dag op repeat. Misschien ben ik toch krankzinnig aan het worden.

Is er dan niets op deze plaat aan te merken? Ja, natuurlijk wel. Een Barkie vind ik een flauw, lullig liedje. De Formule vind ik geweldig, maar de beat is zo indringend dat ik, bij veelvulige blootstelling, zin heb om bushokjes te verbrijzelen.

In Benden zegt Faberyayo: ‘k ben ‘vol van mezelf alsof ik moet kakken. Die verdient zeker geen beste-hiphopmetafoor-op aarde-award. Maar, verder is dit wel een van de beste nummers van de plaat, en rappen de heren eindelijk eens heerlijk rauw.

Het toffe aan de taal van De Jeugd is ook dat de jongens redelijk formele woorden mixen met stoer hiphopjargon: in een vacuüm van façades toch smaakt het zo real is een real taaljuweeltje.
Ten slotte wordt Hans van der Togt nog even een nigger genoemd: lees alles over het nieuwe gebruik van het n-woord in mijn boek Woord!, dat bijna uit is. Wat is het toch fijn om opzichtig reclame te maken voor jezelf.

En we hebben er thuis ook een grapje bij. Handig, zeker voor op humeurige, snauwerige zondagochtenden. Als je het cd-boekje opendoet, hoor je ineens een gekke, platte stem Ja natuurlijk! zeggen. Toch leuker dan zingende rendieren op een kerstkaart. Heb je de kat binnengelaten? Is je huiswerk af? Heb je al geplast (in de tank van de samenleving)? Mijn dochter rent bij iedere vraag blij naar de kast om de cd te openen. Ze durft nu alleen geen auditie meer te doen voor de toneelschool. Het nummer De Toneelacademie begint namelijk met Zo! Lekker de hele dag mensen afwijzen. De auditanten worden aangespoord: Hou het klein, hou het dichtbij jezelf.

Wat een briljante plaat. En wat een verrukkelijke synthesizerfrivoliteiten. En voor iedereen die het niet leuk vindt: Val even dood of dat soort dingen. Nou rest in peace, zwem in urine. Ja natúúrlijk? Ja, uiteraard!

Geplaatst door bowie op 3 oktober 2013