Vijf opvallende HBA-talenten: “Je kunt hier gewoon je ding doen”

Midden in een woonwijk in een van de buitenwijken van Utrecht staat een onopvallend schoolgebouw: de Herman Brood Academie. Sinds een aantal jaar kan men daar binnen de opleiding Artiest Popmuziek naast de disciplines drums, bas, gitaar, toetsen, vocals, studio vocals, dance producer ook de discipline hiphop volgen. Nu het nieuwe schooljaar begonnen is, stromen de rappers in wording binnen. HIJS werd getipt over vijf opvallende talenten. Wij spraken met hen, vroegen hen naar hun sound, inspiratie en voorbeelden en waarom zij kozen voor de HBA.

HBA_MAX_CHCP_HIJS_01

Een van hen is de 23-jarige Max van Beek, a.k.a. MaxiMilli, die je kunt kennen van het collectief Lefensmannen. Daarmee zag hij verschillende poppodia in Nederland door het voorprogramma van Ronnie Flex te verzorgen. Solo bracht hij al een aantal videoclips uit waaronder Legende featuring Caza en Slim Dom in samenwerking met Yung Nnelg. Zijn meest recente werk is de track die hij, samen met Ronnie Flex, Idaly en Bokoesam, maakte voor de mixtape van Veldentaal. Ook Dave Broeders (23) zag al meerdere zalen, waaronder 013, Melkweg en Doornroosje. Toen nog als alter ego Heavy, wat inmiddels veranderd is in Dave Budha. Met zijn pas 16 jaar is Joshua Tims de jongste van de vijf, én hij is de zoon van rapper Laquatal. De Laquatal die eind jaren 80 onderdeel vormde van de Two Outta Millions-crew waarmee hij zowel nationale als internationale shows weggaf. “Oh, dat weten jullie al?”, is het verbaasde antwoord van de rapper in wording als we het onderwerp ter sprake brengen. “Ik twijfelde om dat te zeggen, ik doe het liever op eigen kracht.” En dat lukt hem al aardig. Joshua, alias Ismaël, releasde onlangs nog de EP Dude, I’m In A Rush en werd al getipt als talent dat we in de gaten moeten houden. Layze is de artiestennaam van de 17-jarige Jari van Dijk. Tot voor kort woonde hij op Texel waar “helemaal geen facking hiphop is”. Dus besloot hij alles zelf te doen. Zo releasde hij al een aantal tracks die hij helemaal alleen produceerde. Inmiddels is de komst van zijn eerste EP in zicht; aan het einde van het jaar verwacht hij The IdleLayze EP uit te brengen. Guydo Rodriguez sluit het rijtje af. De 18-jarige Eindhovenaar deed vorig jaar ook al auditie voor de HBA, maar werd toen niet aangenomen. Het afgelopen jaar heeft hij hard gewerkt en zo verscheen hij als GUYDO onder andere op twee tracks van de mixtape van Miggs de Bruijn. Volgens zichzelf is hij in alles verbeterd: “Het imago is beter geworden, het is sterker geworden. Ik heb veel meer gevonden wat ik wil.”

HBA_GUYDO_CHCP_HIJS_01

Voorbeelden & inspiratie
Wat Guydo vooral wil, is dat het puur blijft. “Eerlijkheid, daar houd ik van. Ik wil het dicht bij mezelf houden, zodat iedereen zich er goed in kan verplaatsen. Het liefste wil ik dat mijn kleine broertje het luistert, maar ook mijn oma. Het kan bij mij alle kanten op gaan, zolang het maar een goed gevoel kan geven. Ik houd van melodieën die je snel onthoudt, dat kun je ook terug horen in de beats die ik zelf maak.” Een voorbeeld heeft de jonge artiest niet, inspiratiebronnen genoeg. “Stromae vind ik echt heel erg vet. Het is puur en heel erg eerlijk. Bij hem hoor je echt de pijn in zijn muziek.” Jari kan zich vinden in die waarde van emotie en eerlijkheid. “Ik houd van emo-rap, emotionele shit. Ik wil kunnen horen dat het echt vanuit je hart komt. Als je de platen van Tupac luistert, dan hoor je dat goed.” Ondanks zijn enthousiasme over Tupac begint hij pas helemaal op te leven als Eminem wordt genoemd, zijn grootste voorbeeld. Hij begint te lachen: “Als ik over hem begin, dan houd ik nooit meer op met praten. De manier waarop hij rapt, ik vind alles goed. Ook omdat je bij hem echt die emotie hoort. Dat vind ik heel belangrijk.” Juist daarmee wil Jari zich dan ook gaan onderscheiden van de rest van zijn studiegenoten. “Emotie hoor ik maar weinig in de rapscene tegenwoordig, bijna nooit meer eigenlijk. Ik wil een sound maken die intens is, met teksten die er toe doen. Dat heb ik hier op school nog niet superveel gehoord, dus dat wil ik terugbrengen.” Als ik de vraag aan Max stel, trekt hij een moeilijk gezicht. “Wat typerend is voor mijn muziek? Goeie vraag. Het is zo corny om te zeggen, maar gewoon door mezelf te blijven denk ik. Je moet wel meegaan met een hype maar niet te erg. Ik houd van veel humor, vrolijke muziek. Mijn sound is nooit echt heel serieus. Niet té serieus in ieder geval.” Ook Joshua heeft moeite met de vraag. “Nieuw en fris is zo breed hè”, zegt hij lachend. “Mijn docent zei laatst dat de media het gangster zou noemen.” Waarna hij met stemverheffing en handgebaren vervolgt: “Maar é joh, ik maak echt geen gangstermuziek of zo! Ik maak echt geen gangstermuziek.” Eén ding weet hij in ieder geval wel zeker en dat is dat hij niet maar één sound wil maken. “Dat vind ik zo saai. Als één EP of één album dezelfde sound heeft dan is het nog wel leuk, maar als jij bekend gaat staan als die artiest met dat geluid, vind ik dat een beetje saai.” Dave is van mening dat het publiek zelf haar conclusie moet trekken over wie Dave Budha is. “Ik ben nu bezig met wat experimentele dingen. Ik denk dat zodra dat eraan komt, mensen vanzelf wel invullen hoe ze mij zien.” Zelf noemt hij het ‘spirituele hippymuziek’ waarvoor hij op dit moment vooral inspiratie haalt uit psychedelische rock, iets wat je op het eerste gezicht misschien niet zou meten aan hiphop. Onterecht volgens hem. “Juist bij hiphop is het heel leuk om inspiratie uit andere dingen te halen. Om iets nieuws uit te vinden hoef je niet per se helemaal bij scratch te beginnen. Er zijn altijd dingen die jou geïnspireerd hebben. Er zijn altijd dingen die jou gemaakt hebben tot wat je nu bent.”

HBA_Dave_CHCP_HIJS_01

Geboren entertainers
In Dave z’n geval geval zijn dat in eerste instantie zijn opstandigheid en de muziek van Kempi. “Ik was 15 of 16 toen ik voor de eerste keer een mixtape van Kempi hoorde en vanaf toen dacht ik: oké man, ik wil rapper worden. Als je die leeftijd hebt, dan spreekt je aan wat hij vertegenwoordigde, die hele gangsterattitude. Op dat moment was ik heel naïef en rebels. Ik wilde geen opleiding volgen, ik wilde mezelf niet kaderen. Ik was gewoon zo’n puberale jongen weet je wel. Als je 16 bent, wil je gewoon een alfamannetje zijn, een haantje.” Voordat hij die dromen als alfamannetje ambieerde, wilde hij vooral een entertainer zijn. “Toen ik zes jaar was, deed ik mee aan de miniplaybackshow. The real one, met Henny Huisman”, vertelt hij terwijl zijn harde lach door het kleine klaslokaal klinkt. “Ik was een cafékind zoals ze dat noemen. Als mijn ouders in het weekend overdag naar het café gingen, ging ik altijd mee. Dan ging ik samen met een leeftijdsgenootje in het café zingen, dat vond ik facking tof.” Guydo was als kind zo’n zelfde entertainer. “Al vanaf jongs af aan trok ik de potten en pannen erbij en begon ik muziek te maken. Op een gegeven moment zeiden mijn ouders dat ik op muziekles moest gaan. Daar vond ik niet veel aan; altijd maar hetzelfde. Uiteindelijk ben ik zelf gaan componeren. Maar ik ben een artiest, een entertainer, ik houd ervan om mensen een goede vibe te geven. Zo ben ik uiteindelijk gaan rappen in plaats van dat ik bijvoorbeeld ging produceren. Dat begon met een beetje meerappen met vrienden die al serieuzer bezig waren. Zij waren degene die zeiden dat ik er echt iets mee moest gaan doen.”
“Ik speelde geen instrument, ik zat op theater”, lacht Max: “Iets heel anders dan rap, maar ik hield wel altijd al heel veel van muziek. Eerst was het vooral een beetje nummers nadoen en van het een kwam het ander. Ik heb hiervoor ook al een soortgelijke muziekopleiding gedaan op de Zadkine popopleiding. Die heb ik niet afgemaakt omdat ik er toen niet serieus mee bezig was. Maar ik ben nu vijf jaar verder en wil uiteindelijk toch wel iets afmaken. Hier heb ik nu de kans om veel met muziek maken bezig te zijn.” Joshua is daarentegen wel al vanaf jonge leeftijd serieus bezig met zijn muziek. Drie jaar geleden begon hij met in het Engels rappen, daarvoor rapte hij al drie jaar in het Nederlands, maar dat was vooral voor zichzelf. Vanaf zijn dertiende ging hij er serieuzer mee om. “Ik luisterde wel altijd al veel naar muziek. Vooral naar rap en hiphop, maar al mijn vrienden kenden dat niet. Dus toen dacht ik: oké, dan ga ik zelf iets voor ze maken en dan leren ze vanzelf hiphop kennen. Daardoor heb ik een beetje de switch gemaakt van luisteren en meerappen naar zelf rap maken.” Heeft zijn rappende vader daar dan ook niet een aandeel in gehad? “Hij heeft me wel geholpen met mijn eerste raps. Mijn eerste tekst hebben we samen geschreven. Maar het was niet zo dat ik de muziek in moest omdat hij dat ook heeft gedaan. Hij heeft me nooit gepusht.” Bij Jari is het eigenlijk heel anders gegaan. Als kind was hij wel heel muzikaal, maar in tegenstelling tot de rest ‘haatte’ hij hiphop vroeger. “Ik speelde gitaar en luisterde naar jazz, rock en pop, aan hiphop had ik een hekel. En nu doe ik wat ik vroeger altijd gehaat heb. Dat is begonnen toen een maat van me met een nummer van 50 Cent aan kwam zetten. Ik weet niet waarom, maar toen is de knop omgegaan.” Vanaf toen hield Jari zich bezig met hiphop, iets dat niet gebruikelijk is op het eiland. “Op Texel is eigenlijk niks van een hiphopplatform of wat dan ook. Ik heb ook echt het idee dat ik hier de enige ben die daar vandaan komt.”
Jari heeft daarom altijd alles alleen gedaan: teksten schrijven, beats maken, produceren. Toch had hij het idee dat hij een opleiding nodig had. “Hier wordt lesgegeven in allerlei dingen op het gebied van muziek die ik altijd al heb willen weten. Hoe je je muziek goed vermarkt bijvoorbeeld. In mijn eentje zou ik het gewoon niet redden, daar heb ik te weinig kennis voor.” Ook Dave besloot na zeven jaar school geskipt te hebben en heel veel ‘kutcallcenterbaantjes’ dat een opleiding toch niet zo verkeerd zou zijn. Waarom hij dan uitkwam bij de HBA? “Als je kijkt naar hiphopwise denk ik dat dit wel de beste plek is om te zijn. Ik zie het niet echt als een opleiding ‘rapper worden’, dat klinkt zo raar. Ik zie het meer als een plek om mezelf te ontwikkelen als artiest. Ook met het zakelijke gebeuren, zeg maar.”

HBA_JARI_CHCP_HIJS_01

Wat vinden de jongens van de HBA?
Opleiding ‘rapper worden’ klinkt raar, en zo zien de jongens het dan ook niet. “Ik wilde dit eerst helemaal niet gaan doen”, vertelt Joshua. “Ik dacht: ja, wat als ik hier klaar ben, wat ben ik dan? Een rapper met een rapdiploma? Maar het is niet per se het papiertje waar het om gaat, je kunt hier connecties opbouwen. Hier krijg je advies van mensen en je bent de hele dag met mensen om je heen die met muziek bezig zijn.” Max is het met hem eens: “Je doet het nog steeds op eigen kracht. Het is niet zo dat mensen zeggen van ‘kom maar hier optreden’ als je dat papiertje hebt. Het is de ervaring die je op kunt doen en de mensen die je leert kennen. Je netwerk vergroten is heel belangrijk.”
Ondanks dat de jongens erg positief klinken over op de opleiding, zijn er ook nog altijd mensen die tegen zo’n soort opleiding zijn, zoals op internet regelmatig te lezen is. Mensen die vinden dat een school als deze de ‘creativiteit van de artiest bederft’ en dat je ‘artiesten niet moet dwingen tot bepaalde samenwerkingen’. Max is een goed voorbeeld dat een gedwongen samenwerking ook juist positief kan uitpakken. Een jaar of vijf geleden begon hij aan het Zadkine College waar hij een groepje moest vormen met Ronnie Flex en Kid de Blits: Jupiternegers, de groep die uitgegroeid is tot het tegenwoordige collectief Lefensmannen waarmee hij al heeft opgetreden in zalen door heel Nederland. “We hebben toen een stuk of tien shows gedaan en ik heb daardoor best al wat gezien. Van 013 tot Melkweg. Dat was heel tof en een hele goede ervaring.” Net zoals de rest is ook Guydo het er mee eens. “Ze geven je hier zo veel vrijheid. Je kan hier gewoon je ding doen. Misschien wordt je wel een keer geplaatst bij een beatmaker of bij een artiest die je totaal niks vindt, maar dat hoort ook bij muziek maken. Je moet uit je comfortzone kunnen gaan, je moet meerdere dingen kunnen doen.” Dave sluit zich daarbij aan. “Soms wordt er een combinatie gemaakt die je misschien zelf nooit gemaakt had. En als daar niet iets tofs uitkomt, dan is dat kut, maar anderzijds ook wel weer een leerproces.”

HBA_JOSHUA_CHCP_HIJS_01

Kanye voor de klas
Als hen de vraag wordt gesteld van wie ze wel eens een gastles zouden willen volgen, wordt twee keer Kanye West genoemd. En niet per se vanwege zijn muzikaliteit. Joshua: “Het lijkt me gewoon cool om een gesprek met hem te hebben. Maakt niet uit waarover hij praat, ik zou het gewoon tof vinden.” Dave lacht hard. “Al is het alleen maar voor de hype. Ik ben benieuwd wat er achter hem schuilt, en of hij ook zo tegen Kim doet.” Guydo houdt het dichter bij huis: “Ik zou weleens een gastles willen van Willy van The Opposites. Ik zou van hem wel willen leren hoe je een hele track moet maken. Je kan makkelijk een verse gooien en twee refreintjes, maar dan heb je nog geen liedje. Je moet dat geheel hebben met een sterk concept.” De meest opvallende naam die genoemd wordt, is Herman van Veen. Max: “Hij is gewoon te sick man. Hij kan het gevoel zo goed overbrengen, dat wil ik ook. De melodieën in zijn liedjes zijn ook gewoon tof. Soms denk ik dat melodieën belangrijker zijn dan tekst weet je. Mensen luisteren wel naar de tekst, maar aan de andere kant ook weer helemaal niet. Je kan best wel rare dingen zeggen en dan nóg zingen mensen het mee snap je. Ik wil gewoon dat iemand mijn liedje neuriet en dat je dan gelijk weet welk liedje het is.” Had hij dan misschien niet beter producer kunnen worden in plaats van rapper? Max begint te lachen: “Eigenlijk is het een domme keuze geweest hè”, waarop hij nog harder lachend vervolgt: “Maar rapper zijn is gewoon stoerder toch.”

Geplaatst door Jaap van der Doelen op 7 oktober 2015